02-10-2019: Linne, den Tegel, invloed van dreigende lucht

Eindelijk weer eens de gelegenheid om een ritje te maken zonder directe kans op een nat pak. Ofschoon de benaming “ pak “ nu niet past bij de wieleroutfit. Maar als je gekleed bent in drie lagen, onderhemdje, shirt en windstopper, dan is dat toch driedelig ? Maar we stoppen deze vergelijking vlug, anders begint het te lijken op een verslag voor een of ander modeblad. Giel, Toos, Jean, Jan, Louwrens en Wim J formeerden zich o.l.v. Ben om te gaan pauzeren bij Den Tegel in Linne. Jan wist nog niet precies of hij met zijn vertrouwde C-makkers moest meegaan of toch nog eens moest proberen de sprong naar de B-groep te maken. Als wij hem niet op tijd hadden gewaarschuwd, had hij zijn wagonnetje bij de B-rijders aangehaakt.

Dus, snel draaien, plaats nemen tussen de wielen, zorgen dat de motor lekker warm loopt en dan zelfs na de pauze een stuk op kop rijden. Daar kun je op die leeftijd alleen maar uiterst tevreden mee zijn. De koprijders waren vandaag niet zo tevreden, want als je westenwind hebt dan heb je maar heel beperkt profijt ervan. Daarom werd er, erg sociaal, met regelmaat gewisseld tussen Ben, Wim, Giel en Jean. De kilometers naar de brug in Maaseik leverden twee opvallende vergezichten op. Ondanks de vele regen van de laatste tijd leek de Maas niet in omvang gegroeid te zijn. Maar de ontgrinders van haar leken elk uur van de dag verantwoordelijk voor een steeds veranderend landschap. Hoe noordelijker wij reden hoe herkenbaarder dit gebied voor ons werd. Aldeneik, Ophoven, Kessenich en Thorn waren al jaren geleden door de baggeraars verlaten en langzamerhand heeft dit gebied haar nieuwe status gekregen. Voor ons betekent dat een aantal mooie fietspaden, vrij van ander verkeer. Dan kun je kilometers maken zo veel en zo hard als je wilt, tenminste als er geen inktzwarte wolk uitdagend boven de kerk van Thorn ligt te wachten. Zouden we dan toch nog een nat “pak” krijgen ? Ongemerkt gaat nu het tempo omhoog en omdat ieders gedachten hetzelfde zijn hoor je er niets over. Niemand zit te wachten op die kletsnatte deken van boven. Door het vele keren en draaien ligt dat zwarte monster telkens op een andere plek boven je. Maar niemand hoor je over afsnijden of inkorten. Daarvoor is deze omgeving te mooi. Vooral rond de stuw bij Linne. Maar, daar aangekomen worden we gewaarschuwd voor asfalteringswerkzaamheden en afgesloten wegen, juist vandaag. En een heel leger voertuigen voorspelt niet veel goeds. Behoedzaam en voorzichtig sluipen we erlangs. De stuw zijn we over, maar een dwars gespannen rood/wit lint dwingt ons om af te stappen, vlak vóór de asfalteerders. Maar de aanwezigheid van Toos redt ons, want een van de arbeiders roept ons toe: “Rij maar verder, maar mevrouw U bent de laatste die door mag!” En dat klonk nog dreigender dan de wolk die nog steeds boven de kerk van Thorn hing. Zo kwamen we toch nog droog in Linne aan en konden we na 46 km aan de welverdiende pauze beginnen.

Naast diverse drankjes, de heerlijke Christoffeltaart van het huis en de eigen etenswaren kwamen natuurlijk ook van Vleuten en van der Poel op tafel. De taart zou bij beiden bijzonder goed van pas zijn gekomen. Voor Annemiek als cadeau voor haar bewonderenswaardige prestatie en Mathieu zou er misschien de laatste 14 km mee doorgekomen zijn. Wim, de taarteter, nestelde zich met Ben, die zijn energievoorraad met 30cc Limburgs trots had aangevuld, tot Susteren op kop. Odiliënberg en vooral Montfort met de door bossen omzoomde fietspaden, beschutten ons redelijk tegen de koude NW-wind. Maar de open stukken naar Kranenbroek toverden toch wat extra rimpeltjes en zweetdruppels op menig voorhoofd. En de natte bladeren door Kranenbroek en het IJzerenbos bij Susteren zorgden ook dat het opletten geblazen was. Wim had zich daar al op voorbereid door de crossbanden reeds te monteren, extra veiligheid, maar ook weerstand. Die gaan er ook de komende maanden niet meer af. Vanaf Susteren merkten we dat de diesel van Jan helemaal op gang kwam, want hij schoof steeds dichter tegen de koplopers Giel en Jean aan en toen de drukke oversteek bij Nieuwstadt in zicht kwam nam hij resoluut de kop en stond die tot Elsloo niet meer af. Omdat het te koud was en de regenkansen toenamen werd er geen bezoek meer gebracht aan de Dikke Stein, waardoor Ben als eerste veilig op zijn thuishaven belandde. De anderen konden pas na ongeveer 85 km en een gemiddelde van 22 in de remmen knijpen. Niet lang nadat de fiets in de garage mocht uitrusten, barst de hemel open. Zou die wolk boven Thorn ons toch achtervolgd hebben ?

 

 

 

 

 

 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb